6 tips voor een geslaagde match tussen jongeren & cultuur
Hoe spreek je een jong publiek aan? Hoe leid je jongeren toe naar jouw cultuurcentrum? Waar ontmoet je jongeren? En, hoe communiceer je best met hen? Of waarom zou je jongeren per se willen matchen met cultuur? Ontdek hier tips én valkuilen.
“Elk jaar is er een nieuwe generatie jongeren”
Karen Rodet van CC de Meent en jeugdwerker Arthur Martens ontmoetten elkaar bij de 2e editie van UP.lab, een project rond upcycling en recycling. Ze vonden elkaar in een gemeenschappelijk doel: jongeren en cultuur dichter bij elkaar brengen. En, samenwerken werkt. Met af en toe eens een hobbel of een vertraging. Dat hoort erbij. Dilbeek en Beersel, én de omliggende gemeenten worden er alvast sterker van.
Karen: “Arthur werkt met en voor jongeren, in Dilbeek.”
Arthur: “Karen is socio-cultureel werker in hart en nieren. Ze werkt in CC de Meent in Beersel, organiseert projecten en is programmator. Ze bepaalt mee wat er op de planken komt, voor het brede publiek, niet alleen voor de jongeren.”
Jongeren en cultuur, een vanzelfsprekende match
Arthur: “Jong zijn, betekent dat je in een fase van experiment zit, van zelfontwikkeling. En experiment en innovatie, daar zorgt goede kunst ook voor. Jongeren en kunst, of cultuur, zijn dus bijna een vanzelfsprekende match.”
Karen: “Kunst en cultuur zijn geen doel op zich, maar het middel om een mens, jong of oud, te verrijken. Dat kan gaan om ontspanning, of om talentontwikkeling. Voor jongeren is het ook een manier om in aanraking te komen met verschillende visies, wereldbeelden, culturen … Het voedt hun ontwikkeling.”
Zoek een goede uitvalsbasis, dicht bij de doelgroep
Arthur: “Voordien zat onze jeugddienst in jeugdcentrum Castelhof. We vroegen ons af of we daar wel goed zaten. Uiteindelijk zijn we verhuisd naar cultuurcentrum Westrand. Een plek, dichter bij de doelgroep: in de buurt van het park, met een skatepark naast de deur, in de gang naar de bibliotheek, langs de fietsweg naar school.”
“De skaters vallen wel eens binnen met een vraag. Of er komt iemand langs die zegt toch nog goesting te hebben iets op die muur te schilderen — ook al is het twee jaar te laat.” (lacht)
Jongeren en kunst,
of cultuur,
zijn dus bijna
een vanzelfsprekende match.
© Foto — Rens Mignon
Werk samen, over de grenzen van gemeenten heen
Arthur: “Er zijn heel wat bestaande samenwerkingen tussen de verschillende gemeenten in de regio. Zoals Zennetoer, een coachingstraject voor muziekbands dat uitmondt in een wedstrijd. Of de skatekampen bijvoorbeeld.”
“Binnen het project UP.lab gaven jongeren uit verschillende gemeenten oude meubels of onbruikbare objecten een nieuw leven, samen met Onbetaalbaar uit Gent. Jongeren leerden lassen, textiel bedrukken en maakten kennis met schrijnwerkerij. Die nieuwe skills toonden we in een expo. Een geslaagd project.”
Karen: “Het jaar nadien wilden nog meer uitpakken met wat jongeren in onze gemeenten kunnen. Met Claim your space gingen we op zoek naar openbare ruimtes waar jongeren hun ding mee deden: een bos, of een muur. Niet per se een makkelijke keuze. We botsten wel eens op onduidelijke of stroeve regels bij een bestuur, of op het verzet van een private eigenaar.”
Arthur: “Samen heb je een breder speelveld, en een bredere impact. Zo heeft het project Claim your space ook een lokale impact, niet alleen op de doelgroep, maar ook op je organisatie. Het inspireert. We bevragen jongeren in Dilbeek nu binnen het project ‘Neem plaats, geef ruimte’ naar wat ze nodig hebben of willen doen binnen de gemeente. Wij zoeken dan welke ruimte we daar aan kunnen linken. Claim your space leeft dus verder op lokaal niveau.”
Karen: “Door samen te werken, deel je expertise, heb je meer middelen en kan je alles grootser aanpakken. Andere invalshoeken door elkaar gooien zorgt voor iets nieuws.”
Arthur: “Toch verlies je je eigenheid niet, je kan nog altijd je stempel drukken.”
Karen: “Je verlegt de grenzen van je eigen organisatie door samenwerkingen aan te gaan. Je blijft groeien en hebt soms zelfs het gevoel dat er geen limieten meer zijn. Het is ook een vorm van netwerken. Je bouwt duurzame relaties op die nog van pas kunnen komen.”
Arthur: “Niet alleen je werking groeit, maar ook jij als persoon.”
Niet alleen je werking groeit,
maar ook jij als persoon.
Speel in op actuele behoeften
Karen: “Een intergemeentelijke werkgroep bekijkt hoe we zo goed mogelijk kunnen samenwerken, ook de verschillende diensten binnen de gemeenten. En we zoeken ook telkens opnieuw naar welk project het best beantwoordt aan de actuele behoeftes van een bepaalde doelgroep, zoals bijvoorbeeld de jongeren.”
Arthur: “Samen met lokale skaters ontwerpen en bouwen we skateparken. En binnen onze FRIS-werking programmeren jongeren gedurende een half jaar, of zelfs twee jaar evenementen rond kunst en cultuur. De jongeren leren ons zo wat er leeft, op vlak van kunst- en cultuurbeleving.”
“Jongeren selecteren in de bibliotheek ook boeken, strips, graphic novels, films, games, gezelschapsspelletjes … voor jongeren op basis van wat er ‘in’ is. En, we stellen het concept bibliotheek in vraag: Wat is een bibliotheek voor jongeren: een uitleenplek, een studeerplek, een werkplek … ? Het is sowieso een plaats waar jongeren elkaar ontmoeten. Hierbij willen we onze doelgroep nog actiever betrekken.”
“Voor Claim your space vertrokken we van de interesses van de jongeren. We vroegen hen welke kunstdisciplines hen interesseerden. Verspreid over de regio richtten we verschillende ateliersessies in. Jongeren deelden hun ontwerpen met elkaar en kregen hulp bij de verdere uitwerking.”
Werk projectmatig, én met vallen en opstaan
Karen: “Laat zien wie je bent, treed naar buiten met je organisatie. En, haal jongeren die ergens al interesse in hebben binnen. Geef hen carte blanche voor bijvoorbeeld een deel van de programmatie van je cultuurcentrum. Zo bind je hen aan je centrum.”
Arthur: “Alles gaat met vallen en opstaan. Ook die FRIS-werking. Soms lukt het, soms lukt het niet. Ik denk dat je alles beter projectmatig benadert, dat je niet per se iets moet proberen inbedden in je organisatie. Die FRIS-werking kan morgen iets helemaal anders zijn. Elk jaar is er immers een nieuwe generatie jongeren.”
Werk zo laagdrempelig mogelijk (want alles is een drempel)
Arthur: “Wat morgen werkt, werkt overmorgen niet meer, en vandaag misschien wel. We hebben voor ‘Neem plaats, geef ruimte’ gewerkt met een online bevraging via Treecompany. En dit gecombineerd met een offline visibiliteit. Stel je de vraag: Hoe kan ik jongeren bereiken op een laagdrempelige manier die niet weerzinwekkend is. Of niet te invasief.”
Karen: “Ambassadeurs zijn belangrijk. In CC de Meent hebben we een heel jonge vrijwilligersploeg. Het begon 10 jaar geleden met 5 à 6 jonge gasten die nog in het middelbaar zaten. Die ploeg blijft groeien, op een heel organische manier. Die jongeren leren de werking van ons cultuurcentrum goed kennen en ontdekken dat we meer doen dan wat ze dachten. Die vrijwilligers worden als vanzelf onze ambassadeurs. Zij worden het aanspreekpunt voor de doelgroep. Het is makkelijker om als jongere een andere jongere aan te spreken met een zot voorstel.”
Arthur: “Durf erkennen dat je bepaalde groepen al bereikt. Schakel ze ook in, om informatie te vinden of voor promo te zorgen. Wees niet te bescheiden over de achterban die je al hebt. Er zijn sowieso ook jongeren die je niet bereikt. Waarvan er ook zijn die gewoon niet tot je doelgroep behoren.”
Karen: “Laat de ruimte aan de doelgroep om te beslissen of ze ingaan op je aanbod. Of niet. Geef hen die vrijheid. Het is ongezond om je te veel op te dringen. Het enige dat ze moeten weten, is: als ze op een dag wél goesting hebben om naar je cultuurcentrum te komen dat ze welkom zijn.”
© Foto — Rens Mignon