Blik op het ongewone #4
Op donderdag 8 oktober 2020 veroorzaakt OP/TIL opschudding. Met OP/HEF, rond het thema ‘grip op het ongewone’ willen we je een andere kijk bieden. En nieuwe inzichten. Om zo je culturele praktijk op te tillen.
OP/TIL vraagt aan enkele bijzondere mensen om een column te schrijven. Een persoonlijke blik op het ongewone.
We geven het woord aan Leen Gos, regiocoördinator van Projectvereniging Midden-Limburg.
De dromenvanger
Iedereen die mij wat kent, weet dat ik iemand ben die graag de controle houdt over de wereld rondom mij. Ik weet graag heel veel – zo niet alles – heb altijd alles gezien en gehoord, onthoud makkelijk de namen van personen die ik slechts één fractie van een seconde heb gezien. En ik ken nog altijd het telefoonnummer van mijn eerste lief – ik was toen 13 – uit het hoofd. Ik hou van weetjes en details, soms tot vervelens toe voor mijn familie, vrienden en collega’s …
Toen een goeie kameraad me een tijdje geleden de volgende vraag stelde: “Wat is jouw grote droom, waar wil je binnen 5 à 10 jaar staan in je leven?”, bleef het ongewoon stil van mijn kant. Oh, wat had ik graag de wildste en mooiste dromen op tafel gegooid, maar om één of andere reden bracht en brengt mijn doorgedreven realiteitszin mij toen en ook nu altijd weer heel snel met beide voetjes op de grond. Nuchter als ik ben.
De enige staat waarin ik, en de rest van de menselijke aardbewoners wellicht, even helemaal de controle over mijn denken verlies, is wanneer ik slapend droom. Wees gerust, een droomspecialiste ben ik allerminst. Ik weet dat sommige dromen regelmatig terugkomen, dat er dromen zijn die bruusk stoppen of waarin linken gelegd worden die soms helemaal van de pot gerukt zijn. Er zijn momenten dat het me lukt om een klein stukje van de droom na te vertellen, dit meestal meteen na het wakker worden. Maar telkens, tenzij ik mijn droom opschrijf, vervaagt de herinnering eraan quasi onmiddellijk. Alleen het overheersende en soms onbestemde gevoel blijft achter.
Het absurde en vaak het onmogelijke van dromen spreekt me sterk aan en brengt de figuurlijke vlam in de pijp. Het onaffe karakter van een droom maakt dat ik er snel terug naartoe wil, om hem dan opnieuw te beleven. Heb jij dat ook?
En is het nu net dat wat me ook aantrekt in cultuur? Is cultuur niet als een droom? Een onaffe droom die je niet kan vangen en net daardoor altijd opnieuw wil beleven? Doorprik je cultuur niet als de voorspelbaarheid erin sluipt? Of als je het gevoel krijgt dat je het al eerder ervaarde? Of dat het lijkt ‘af’ te zijn?
Ik, als nederige ‘controlegrijper’, pleit daarom voor een cultuurlandschap dat zichzelf telkens opnieuw uitvindt, waarin we vooral moeten openstaan voor vernieuwing, verbazing en verwondering en waar elke vorm van voorspelbaarheid gebannen wordt.
Een cultuurlandschap waarin me ik me dolgraag wil onderdompelen en het als in een onaffe droom allemaal over mij heen willen laten komen.
En nu maar lekker slapen.
Leen Gos