Neteland
intergemeentelijk

Neteland — “Wij faciliteren de samenwerking. De gemeenten nemen de beslissingen”


Tekst / Veerle Weeck / februari 2024
Foto’s / Nief Talent © Peter Goossens

In het hart van de Kempen vind je het samenwerkingsverband Neteland. Binnen de projectvereniging werken vijf gemeenten samen rond 44 thema’s, geclusterd in vijf domeinen. Stien Roes is coördinator van het bovenlokaal vrijetijdsbeleid, waaronder ook het cultuurluik valt.

Stien: “Linken leggen en verbanden zien, daar draait het om.”

Uniek om eerst naar de regio te kijken

De Neteland-gemeenten hebben een sterke reflex om eerst vanuit een mogelijke samenwerking naar een initiatief te kijken.

Stien: “Ik denk dat we daar als IGS vrij uniek in zijn. De bovenlokale insteek is hier vaak een vertrekpunt, niet andersom. Wellicht komt dat doordat onze lokale besturen het gewend zijn om op vele domeinen samen te werken. Ik voel ook een grote solidariteit onder elkaar. Bij de opstart van UiTPAS moest er een nieuw softwaresysteem voor het zwembad van Herentals aangekocht worden. Omdat ze op dat moment al nadachten over een toekomstige samenwerking rond gezamenlijk zwemwater werd beslist om de kosten voor de aankoop van dat softwaresysteem bovenlokaal te dragen. Het zwembad heeft immers een regionale meerwaarde. Dat ze die extra mile willen gaan voor elkaar is heel schoon.”

Wat de gemeenten vanuit Neteland samen organiseren, beslissen ze zelf. Het eigenaarschap zit altijd bij de lokale besturen.

Stien: “Neteland wil geen logge bovenbouw zijn. Wij faciliteren de samenwerking, leggen linken en zoeken verbanden, maar de gemeenten nemen de beslissingen. Zij bepalen welk pad we bewandelen. De werkgroepen worden bovendien getrokken vanuit de lokale besturen. Zij ondernemen ook actie op het terrein. Die werkwijze zit sterk ingebouwd in onze werking.”

De uitgebreide structuur waarbinnen Neteland werkt, is ook vastgelegd in een vademecum.

“Hoe de adviesgroepen, beleidsgroep, werkgroepen, stuurgroep en het dagelijks bestuur zich tot elkaar verhouden, hoe vaak ze samenkomen … vind je hier allemaal in terug. Een handige leidraad”, vertelt Stien.


Samenwerken is verbanden zien

Binnen Neteland vinden de gemeenten elkaar in vijf bovenlokale beleidsdomeinen: integrale veiligheid, welzijn & zorg, ruimte & omgeving, strategie & organisatie en vrije tijd. Onder de sectie vrije tijd vallen verscheidene deelwerkingen, waaronder jeugd, sport, toerisme, erfgoed en vrijetijdsparticipatie. Ook bovenlokale cultuur en de bibliotheken maken er deel van uit. 

Waar Stien – naast de algemene coördinatie van het thema vrije tijd – het culturele luik opvolgt, volgen haar bovenlokale collega’s de andere werkgroepen op. Dat maakt het makkelijk om onderling verbanden te leggen.

Stien: “Omdat het voor elke bibluitheek en cultuurdienst een zoektocht is om jongeren te bereiken, koppelen we de vragen die zij zich hierover stellen nu bijvoorbeeld aan het behoefteonderzoek dat de werkgroep jeugd in 2024 zal organiseren. Is de ene werkgroep met iets bezig, dan hangt de andere daar soms zijn karretje aan.”

Ook bij Nief talent, een podiumwedstrijd voor opkomend muzikaal talent, worden die linken gelegd. De preselecties en finale zijn allemaal Geen gedoe, Feest goe!-activiteiten. Dat betekent dat de organisatoren zich akkoord verklaren met het fuifcharter dat de werkgroep jeugd samen met de jeugdverenigingen uitwerkte. Daarnaast zijn die wedstrijdavonden ook allemaal UiTPAS-evenementen.

Trots op de UiTPAS

Neteland en IGS Stuifzand zijn sinds januari 2023 aangesloten bij UiTPAS Kempen. Twee IGS’en en 13 losse Kempense gemeenten maken er deel van uit. Om de gemeenten extra te ondersteunen, delen Neteland en Stuifzand een medewerker, die de UiTPAS van elke IGS-werking halftijds opvolgt.

“Dankzij die gezamenlijke medewerker is het makkelijk om over het muurtje te kijken en ervaringen te delen. Rijzen er vragen in de ene regio, dan heeft de andere er misschien een antwoord op. Heel handig”, ervaart Stien.

Ze is ook trots dat de verenigingen meteen meedoen met de UiTPAS.

“Momenteel zijn er een 200-tal UiTPAS-aanbieders in Neteland. Gemeenten, verenigingen en organisaties werken hieraan mee. Die laatste koppelen vooral hun lidgeld aan de UiTPAS, maar we willen in de toekomst ook graag andere activiteiten bij de UiTPAS betrekken. Zo zetten we elke keer een stapje verder.”

Het onderzoeken van de mogelijkheden van een vrijetijdspas stond beschreven in de doelstellingen van het bovenlokaal netwerk vrijetijdsparticipatie. Neteland was de eerste IGS die dergelijk netwerk bovenlokaal realiseerde.

“Nu de UiTPAS loopt, willen we naast financiële drempels ook andere drempels aanpakken. Verenigingen informeren over de drempels die mensen in armoede ervaren en de communicatie zo laagdrempelig mogelijk maken, zijn twee zaken waar we graag rond willen werken. Samen met armoedeverenigingen en de gemeentelijke diensten vrije tijd en welzijn denken we na over initiatieven die we kunnen nemen.”

Haar ervaring als coördinator sociale activering bij het OCMW van Turnhout helpt daar ook bij.

“Bij het OCMW ontwikkelde ik de reflex om vanuit een kwetsbare doelgroep te denken”, zegt Stien.

Uitdagingen aanpakken

Als ze kijkt naar de maatschappelijke evoluties ziet Stien een steeds grotere culturele en taaldiversiteit opduiken.

Stien: “Daar zijn we binnen Neteland ook bewust mee bezig. Voor het project ‘Bibliotheek Neteland leest voor!’ trokken vrijwilligers de afgelopen zomer bijvoorbeeld naar 15 sociale buurten en pleintjes met een bakfiets vol verhalen. Het leesplezier bevorderen en aan taalstimulering doen, was het doel. Met succes! Want meer dan 450 mensen kwamen luisteren. De Verhalenweverij stond in voor de opleiding van de vrijwilligers en was de hele zomer aanwezig tijdens de voorleesactiviteiten. De bedoeling is dat we nu kijken hoe we het project stapsgewijs meer in handen kunnen nemen, zodat het op termijn op zichzelf kan bestaan.”

Stien ziet de intergemeentelijke samenwerkingen als een groeitraject.

Stien: “Neem nu de bibliotheken. Die zijn vandaag allemaal gehuld in de Neteland-huisstijl, ze evolueren van een regiobib 3a naar een 3b-verhaal, waardoor ze ook een boekentransport gaan toevoegen … Maar dat is niet iets wat je van de ene op de andere dag doet. Het is een verhaal van kleine stappen zetten en oog hebben voor de lokale bibliotheekmedewerkers, want ook zij moeten mee zijn in het verhaal.”

“Belangrijk hiervoor is dat ze elkaar onderling leren kennen. Je kan bij wijze van spreken toch geen gezamenlijke collectie maken als je elkaar nog nooit hebt gezien? Om die reden organiseren we tweemaal per jaar een vorming voor alle bibmedewerkers. Zo bouwen we samen aan een hecht team. ”

  • “De Neteland-gemeenten hebben een sterke reflex om eerst vanuit een mogelijke samenwerking naar een initiatief te kijken. Ik denk dat we daar als IGS vrij uniek in zijn. De bovenlokale insteek is hier vaak een vertrekpunt, niet andersom.”
    Stien Roes Coördinator Neteland

Meerwaarde van een IGS

Wat is de meerwaarde van een intergemeentelijke samenwerking?

Stien: “De schaalgrootte is er zeker al eentje. Om een traject rond bijvoorbeeld amateurkunstenaars op te zetten, is één gemeente gewoon te klein. Dankzij de samenwerking vergroot de doelgroep. Je kan meer mensen bereiken. Daardoor kan je ook meer doen. Zo organiseerden we vanuit Neteland een bevraging en participatieavond, waarbij we polsten naar de noden van de kunstenaars. Daaruit bleek onder meer dat zij, naast een netwerk, vooral nood hadden aan expositieruimten en info over expositiemogelijkheden wensten. Daarom pasten de vijf gemeenten hun expositiereglementen aan. Kunstenaars uit regio Neteland betalen nu eenzelfde tarief als inwoners uit de eigen gemeente. Dit najaar organiseren we een eerste netwerkevenement voor beeldende kunstenaars, waar ze een workshop kunnen volgen rond exposeren en meer informatie krijgen over de expositieruimten in Neteland. Door alle mogelijkheden te tonen en de kosten gelijk te stellen, willen we alle kunstenaars extra stimuleren om met hun creaties naar buiten te komen.”

Ook het afstemmen van het aanbod vindt Stien een surplus.

Stien: “Door de lokale expo’s mooi te spreiden en gezamenlijk te communiceren, kunnen mensen in een oogopslag zien wat waar plaatsvindt, gaan ze in de andere gemeenten ook een kijkje nemen en bereiken de initiatieven een ruimer publiek.” 

Maar ze ziet ook nog andere voordelen.

Stien: “Kruisen mogelijke projectsubsidies ons pad, dan zitten we door onze werkgroepen eigenlijk al spontaan met potentiële partners rond de tafel. Door de krachten te bundelen, kunnen we daarnaast ook taken samen aanpakken. Moeten er bijvoorbeeld wijzigingen gebeuren aan ons eengemaakt bibreglement, dan denken we daar met z’n allen over na. Dat is veel efficiënter dan wanneer je alles alleen moet uitzoeken. Het collegebesluit dat daar finaal op volgt, moet je trouwens ook maar één keer opmaken. De anderen kunnen het gewoon overnemen.”

En ook het delen van kennis en inspiratie is voor Stien een grote meerwaarde. “Als je daar binnen de overlegmomenten aandacht aan schenkt, weten de collega’s ook waar welke expertise zit. Het is fijn om te zien dat medewerkers vandaag regelmatig de telefoon nemen om dingen bij elkaar af te toetsen. Het vertrouwen in elkaar is groot, en dat is belangrijk, want zonder vertrouwen kan je geen mooie samenwerking uitbouwen”, besluit ze.

Grensverleggende to do's & verhalen in je mailbox? Schrijf je in voor 1 of 2 nieuwsbrieven.